Geldt het gebruik van de deelwagen na de uren als een belastbaar voordeel van alle aard? Ja.
Als de bedrijfsleider of werknemers een wagen die geregistreerd staat op naam van de vennootschap (manier 2) gebruiken voor zuivere privédoeleinden (of woon-werkverkeer), ontstaat er een belastbaar voordeel van alle aard voor die werknemer of bedrijfsleider. Het voordeel van alle aard wordt berekend volgens de formule [(cataloguswaarde x degressiviteitscoëfficiënt) x 6/7 x CO2-coëfficiënt ] en in functie van het aantal kalenderdagen dat de wagen ter beschikking wordt gesteld voor privéverplaatsingen. Volledig (100%) elektrische auto’s genieten van de laagst mogelijke CO2-coëfficiënt, zijnde 4% ). In dit scenario nemen we aan dat de regelgeving voor bedrijfswagens wordt doorgetrokken naar geleasde deelwagens. Hiervan is echter nog geen officiële bevestiging. In het geval dat werknemers via hun bedrijfsabonnement een deelwagen van een autodeelorganisatie gebruiken (manier 1), is het antwoord wat minder eenduidig. Het standpunt van de fiscus is in deze nog onduidelijk. Door de wisselende wagens is het wellicht praktisch onmogelijk om de regelgeving voor bedrijfswagens te volgen. In dat geval zouden we moeten teruggrijpen naar de standaardregels die gelden voor voordelen in natura: waarderen volgens de waarde die het voordeel heeft voor de verkrijger ervan. De onderwerping aan RSZ en belastingen is dan afhankelijk van het soort verplaatsing dat je met de deelwagen maakt: professioneel, woon-werk of zuiver privé.