Shared Mobility Masters: gedeelde successen en uitdagingen

17/01/2024

In het voorjaar van 2024 start een tweede cohorte Shared Mobility Masters: negen steden en gemeenten wisselen kennis uit om autodelen lokaal te stimuleren. Maar hoe loopt het eerste traject, dat ondertussen bijna halfweg zit? We spraken met drie deelnemers.

Robin Pepermans – Haacht

“Shared Mobility Masters biedt een kapstok om rond te werken

Het parkeerbeleid van gemeente Haacht kreeg al een stevige upgrade, dankzij de eerste sessie van Shared Mobility Masters. “We hebben een aanvullend reglement opgesteld voor voorbehouden parkeerplaatsen voor autodelen. Dat hadden we nog niet”, vertelt Robin Pepermans, mobiliteitsambtenaar van de gemeente Haacht. Daarnaast heeft de gemeente het retributiereglement van de blauwe zone aangepast en een reglement opgesteld voor de gemeentelijke parkeerkaart. “Zo is er een gereglementeerde basis welke deelwagens op de voorbehouden parkeerplaatsen mogen staan en kunnen we hen parkeervoordelen toekennen. De retributie is dan weer bedoeld om foutparkeerders af te schrikken, die voordien niet geverbaliseerd konden worden.”

De aanbevelingen van een onafhankelijke instantie zijn volgens de mobiliteitsambtenaar een grote meerwaarde. “Het idee komt dan niet zomaar vanuit de ambtenaar, maar steunt op ervaring, onderzoek en kennis. Dat is naar het schepencollege toe een stuk krachtiger.”

Bovendien dient het traject volgens hem als een leidraad. “Het is vaak moeilijk om te weten waar je moet starten. Shared Mobility Masters biedt je een soort kapstok om rond te werken. Per sessie komt één thema aan bod. Je krijgt info, wisselt gedachten uit en kan vervolgens gaan kijken welke concrete acties je kan doen.”

De thema’s van de sessies legt Autodelen.net vast, maar het traject laat ruimte voor flexibiliteit, zo vertelt Robin. “Bij de eerste bijeenkomst werd bijvoorbeeld bij veel gemeenten duidelijk dat ‘deelmobiliteit bij woningbouwprojecten’ prangender was dan oorspronkelijk ingepland. Daarom zijn we sneller met dat thema aan de slag gegaan.”

Thijs Marinelli – Roeselare

“Het is fijn om te merken dat je er niet alleen voor staat met struggles”

Thijs Marinelli is mobiliteitsambtenaar bij de Stad Roeselare. De stad wil het aanbod vergroten en autodelen bekender maken, maar stoot onder andere op een groot autobezit en -gebruik.

“Het is fijn om te merken dat je er niet alleen voor staat met struggles”, vertelt Thijs. “Ondanks dat Roeselare een stad is van bijna 70.000 inwoners, zitten wij niet in de luxepositie waarbij aanbieders spontaan naar ons komen. Ik kan me dus wel inbeelden dat het voor kleinere steden en gemeenten niet zo vanzelfsprekend is om met autodelen te beginnen.”

Wat Thijs leerde: er zijn nog veel vragen over deelmobiliteit. “De gesprekken toonden aan dat er nog

veel grijze zones zijn. De ene pakt het zus aan, de ander zo. Daarom is het zo’n uitwisselingsplatform zo interessant. Je leert veel van de aanpak van anderen.”

Ook de aanwezigheid van externe experts vindt hij een meerwaarde. “Bij de sessie over woningbouw bijvoorbeeld kwam er een projectontwikkelaar spreken. Zo hoor je ook eens de andere kant van het verhaal.”

Shared Mobility Masters is een langer en trager project. “Het is goed dat je na elke sessie drie maanden de tijd krijgt om te kijken hoe je concreet aan de slag kan gaan.” De grootste les voor Thijs? Dat het beter is om kleine maar goede stapjes te zetten dan om alles in één keer te willen. “Om autodelen succesvol te maken, moet je inzetten op meerdere aspecten (aanbod, communicatie én flankerende maatregelen), zo niet bestaat de kans dat het autodeelverhaal niet van de grond komt.”

Chris Casier – Torhout

“We hebben intussen al een interne nota opgemaakt”

De relatief kleine stad Torhout (zo’n 20.000 inwoners) begon al in 2018 met autodelen. “We hebben een aanbod en het wordt heel goed gebruikt”, vertelt mobiliteitsdeskundige Chris. Toch botst de stad nu op grenzen. “We willen verder aan de slag gaan, maar hebben budgettair geen grote ruimte meer. Daarom zijn we in het traject gestapt.”

Voor Chris is de sessie rond deelmobiliteit bij woningbouwprojecten bijzonder waardevol geweest. “Samen met mijn collega omgevingsambtenaar heb ik heel wat ideeën opgedaan. Ondertussen hebben we een interne nota opgemaakt met daarin een aantal vragen, aanbevelingen en toekomstperspectieven. Daar hopen we snel mee van start te gaan. Uiteraard zullen er in de tussentijd nog vragen vanuit het bestuur volgen. Die vragen en inzichten toetsen we graag af met de andere Shared Mobility Masters.”

“Ik kijk ook enorm uit de volgende sessie rond communicatie”, deelt Chris enthousiast. “Wij zouden dit jaar graag van start gaan met particulier autodelen. Daarvoor zoeken we naar manieren om burgers te overtuigen om onderling te gaan delen. Ik ben dus benieuwd naar de inzichten die we zullen opdoen.”

De inkijk in goede en slechte voorbeelden van anderen vindt Chris zeer waardevol. “Je zou grotere steden die al langer bezig zijn kunnen contacteren, maar je weet niet altijd bij wie je kan aankloppen. Bovendien is dat vrij arbeidsintensief en ben je niet zeker van een antwoord. Nu weet ik waar ik terecht kan met vragen. Als je de motivatie hebt om te groeien in deelmobiliteit en duurzame mobiliteit, raad ik het traject dus zeker aan.”

Auto's op parking

Word jij ook een Shared Mobility Master?

Heb je interesse in het traject? Wil jij ook twee jaar lang samen met andere gemeenten werken aan aanbod, beleid en communicatie?

Stel je kandidaat voor 15 februari!

Meer info en inschrijven

Gerelateerd nieuws